- Locatie
1 Raadzaal
- Voorzitter
- N. Eppich
- Toelichting
-
Dit is de definitieve lijst met mondelinge vragen.
Deze vergadering is live te volgen en terug te kijken via iBabs en Company Webcast.
Uitzending
Agendapunten
-
1
Het Arnhemse CCV, een van de grotere werkgevers in onze stad en een cruciale speler in het Nederlandse betalingsverkeer, is overgenomen door het Amerikaanse Fiserv.
CCV verwerkt transacties van miljoenen Nederlanders, waaronder de pinaankoop in de supermarkt, het parkeergeld op straat en betalingen in de horeca. Door deze overname vallen deze gegevens nu onder de Amerikaanse CLOUD Act, die Fiserv kan verplichten om gegevens – ook die van Arnhemmers – af te staan aan Amerikaanse autoriteiten, zelfs als die in Nederland zijn opgeslagen.
Dat levert risico’s op voor onze privacy, digitale autonomie en lokale werkgelegenheid. En dat terwijl de ACM deze overname heeft goedgekeurd zonder toetsing op deze strategische kwetsbaarheid. Als dit een Russisch bedrijf was geweest, had het in theorie net zo makkelijk gekund.
Daarom heb ik drie vragen aan het college:- Is het college op de hoogte van deze overname, en in gesprek met CCV over mogelijke gevolgen voor Arnhem – denk aan dataveiligheid, werkgelegenheid en het behoud van het hoofdkantoor?
- Deelt het college de zorg dat deze overname betekent dat gevoelige betaalgegevens van Arnhemmers nu onder Amerikaanse jurisdictie vallen, en dus buiten onze controle?
- Is het college bereid zich richting het Rijk en via de VNG in te zetten voor wetgeving die dit soort strategische overnames van vitale digitale infrastructuur aan banden legt?
-
2
Uit nieuw onderzoek, uitgevoerd in opdracht van de gemeente Arnhem, blijkt dat op de Arnhemse woningmarkt nog steeds op grote schaal gediscrimineerd wordt. Makelaars en verhuurders zijn bereid om woningzoekenden te weren op basis van afkomst, seksuele geaardheid of omdat ze een internationale student zijn. De resultaten zijn schokkend: 48 procent van de gebelde makelaars was bereid te discrimineren op migratieachtergrond, 72 procent op seksuele gerichtheid en 85 procent op internationale studenten.
Als Arnhem willen we een stad zijn waar iedereen fatsoenlijk en betaalbaar kan wonen en waarin iedereen zich vrij en veilig voelt om volledig zichzelf te zijn. Maar hoe maak je met deze wooncrisis, waarbij het al moeilijk genoeg is om überhaupt een woning te vinden, kans als je aan de voorkant gediscrimineerd wordt om wie je bent of waar je vandaan komt? Of omdat je, zoals uit het onderzoek blijkt, mogelijk ook later in het proces wordt gediscrimineerd?
De D66-fractie vind de uitkomsten van het onderzoek onacceptabel. Het college heeft een aantal maatregelen aangekondigd waarover de D66-fractie een aantal vragen heeft.- Veel van de aangekondigde maatregelen bestaan al of worden voortgezet. Is het college het met de D66-fractie eens dat we n.a.v. het onderzoek méér moeten doen dan nu het geval is?
- Hoe verklaart het college dat de acties die zijn ingezet na het vorige discriminatieonderzoek onvoldoende hebben geleid tot een afname van bereidheid tot discriminatie van huurders?
- Op welke wijze kan de gemeente, met haar partners, extra inzetten op actieve ondersteuning bij het doen van aangifte / juridische stappen? Is het college daartoe bereid?
-
3
De uitkomsten van het nieuwe onderzoek naar discriminatie op de Arnhemse woningmarkt klinken schokkend, maar wie verder leest, ontdekt iets opvallends: de gepresenteerde percentages – zoals “72% bereidheid tot discriminatie op seksuele gerichtheid” – komen uit gescripte telefoongesprekken, zogenaamde mystery calls. Dat zijn hypothetische situaties waarin onderzoekers zich voordoen als verhuurders met discriminerende wensen.
Het is belangrijk om te beseffen dat dit geen feitelijke discriminatie betreft, maar slechts de bereidheid die in een gesimuleerd telefoongesprek wordt gesuggereerd. Deze gesprekken zijn gevoerd met slechts 25 tot 29 makelaars per thema – een kleine groep waarvan niet vaststaat hoe representatief die is voor de hele Arnhemse markt. De gesprekken vinden bovendien plaats zonder dat er een echte woning of huurder in het spel is.
Daartegenover staan de mystery mails. Die zijn juist wél gebaseerd op realistisch gedrag. In totaal zijn ruim 500 e-mails verstuurd naar makelaars, in reactie op daadwerkelijke advertenties van bestaande woningen. De resultaten zijn getest met controlegroepen en statistische toetsing. En wat blijkt?
Er is géén enkele aanwijzing voor structurele discriminatie op basis van migratieachtergrond of seksuele gerichtheid in dit deel van het onderzoek. De enige groep waar een verschil werd aangetroffen – internationale studenten – had 17% minder kans op een positieve reactie, maar dit resultaat is volgens het rapport zelf statistisch niet significant, omdat het aantal reacties te klein is om met zekerheid te kunnen zeggen dat het geen toeval is.
Het is dus belangrijk om onderscheid te maken tussen wat mensen in een gesimuleerd telefoongesprek zeggen – vaak aarzelend, soms ontwijkend – en wat zij in de praktijk daadwerkelijk doen. Dat onderscheid wordt in de publieke communicatie nauwelijks gemaakt, met als gevolg dat een suggestief beeld ontstaat van grootschalige structurele discriminatie, terwijl het serieuze onderzoek dat beeld juist niet ondersteunt.- Is het college het met mij eens dat mystery calls, als hypothetische gespreksvorm, geen geschikt instrument zijn om feitelijke discriminatie aan te tonen, zeker niet als de steekproef klein is en geen werkelijk verhuurproces plaatsvindt?
- Waarom kiest het college ervoor om in de communicatie vooral de uitkomsten van de mystery calls te benadrukken – waarin slechts bereidheid tot hypothetische discriminatie is onderzocht – terwijl de mystery mails laten zien dat er in de praktijk géén discriminatie op naam of seksuele gerichtheid plaatsvindt?
- Ziet het college het risico dat een eenzijdige interpretatie van de resultaten het vertrouwen tussen woningzoekenden en verhuurders kan ondermijnen, terwijl de mystery mails juist laten zien dat de praktijk niet structureel discriminerend?
-
4
Recent berichtte de NOS over bezuinigingen en ontslagen bij Nederlandse universiteiten. Hoewel Arnhem geen universiteit heeft, zijn er wel hogescholen die internationale studenten aantrekken. Deze ontwikkelingen kunnen gevolgen hebben voor de toestroom van buitenlandse studenten naar Arnhem en de kwaliteit van het onderwijs in onze stad.
De ChristenUnie heeft hierover de volgende vragen:- Gezien de bezuinigingen in het hoger onderwijs, welke maatregelen neemt de gemeente om de aantrekkelijkheid van Arnhem voor buitenlandse studenten te behouden en mogelijk te vergroten?
- Hoe werkt de gemeente samen met lokale onderwijsinstellingen om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen, en welke stappen worden ondernomen om te voorkomen dat Arnhemse studenten problemen ondervinden bij het afronden van hun studie als gevolg van deze bezuinigingen?
- Is de gemeente van plan om deze problematiek rondom bezuinigingen in het hoger onderwijs en de mogelijke gevolgen voor de toestroom van buitenlandse studenten aan te kaarten bij de landelijke overheid? Zo ja, op welke manier?
-
5
Voor evenementen, waaronder raadsverkiezingen, heeft de gemeente Arnhem sinds jaar en dag de mogelijkheid om deze middels displays aan te kondigen.
Onlangs in ons bekend geworden dat de huidige aanbieder alle displays dient te verwijderen. De aanvankelijke aanbesteding is meermalen verlengd, maar is nu gestopt.
Vragen aan het college:- Is het correct dat u de displays voor evenementen heeft beëindigd?
- De fractie BurgerBelang Arnhem vindt het belangrijk dat evenementen ordelijk worden aangekondigd. Deel u die mening?
- Welke alternatieven biedt u aan om evenementen aan te kindigen?
-
6
De Voedselbank Arnhem heeft een belangrijke maatschappelijke rol voor Arnhem. Vanuit de locatie op de Bruningweg wordt als distributiecentrum aan meer dan 25 locaties van de Voedselbank uit Utrecht en Gelderland voeding geleverd. En meer dan 1000 Arnhemse gezinnen maken in Arnhem en omstreken wekelijks gebruik van de diensten van de Voedselbank. Dagelijks ‘werken’ meer dan 60 vrijwilligers om voeding te sorteren, pakketten te maken en andere werkzaamheden uit te voeren. Veel van die vrijwilligers zijn al op leeftijd en niet altijd even mobiel, zij zijn vaak afhankelijk van de auto om op de locatie te komen.
De afgelopen jaren kon de Voedselbank gebruikmaken van 20 parkeerplaatsen op het nabijgelegen terrein van de Sligro en de vele vrijwilligers konden daar parkeren. Inmiddels is dit terrein niet meer beschikbaar en heeft de Voedselbank slechts nog 6 parkeerplaatsen op eigen terrein waardoor vrijwilligers ver weg moeten parkeren en ook met regelmaat noodgedwongen foutparkeren en vervolgens boetes krijgen.
Inmiddels twijfelen enkele vrijwilligers of ze nog wel actief kunnen blijven omdat de grote loopafstand voor hen een groot probleem is. Volgens de VVD-fractie is dit een zeer onwenselijke situatie en moet hier een praktische oplossing voor komen.
Daarom heeft de VVD-fractie de volgende vragen:- Is het college bereid om samen met de Voedselbank te zoeken naar oplossingen voor het parkeerprobleem, zowel op of direct grenzend aan het eigen terrein (zie bijgevoegde foto) als in de directe omgeving, bijvoorbeeld in samenwerking met omliggende bedrijven of instellingen?
- Erkent het college dat het huidige tekort aan parkeergelegenheid voor vrijwilligers van de Voedselbank leidt tot praktische belemmeringen en mogelijk negatieve gevolgen heeft voor de continuïteit van hun inzet? Hoe beoordeelt het college deze situatie?
- Welke concrete stappen kan het college op korte termijn zetten om te voorkomen dat vrijwilligers afhaken door het parkeergebrek?
Bijlagen